Kees Verhoek
Mijn naam is Kees Verhoek en ik ben ter wereld gekomen in een koude februarinacht, in het jaar 1985. Al op jonge leeftijd was ik gecharmeerd van ons oude huisorgel; een trapharmonium waar we later kranten in hebben gevonden uit het jaar 1920. Toen ik een jaar of 9 was leerde een vriendje en klasgenoot mij de eerste akkoorden op het orgel spelen en kreeg me zo ver dat ik op orgelles ging. Ik probeerde het, maar helaas, zelf dingen spelen vond ik veel leuker. Dus ik was binnen een paar weken weer van orgelles af. Ik leerde mezelf klavarskribo aan en luisterde veel CD’s en probeerde daar (als het lukte) wat van na te spelen. Ook heb ik vanaf m’n twaalfde altijd op catechisatie gespeeld, dat was iets waar ik veel plezier in had. Ik heb een periode gehad dat ik wat minder achter het orgel zat, hoewel; als er een orgel in de buurt was, rustte ik niet eerder voordat ik er even op gespeeld had.
In 2009 heb ik m’n hobby weer opgepakt en kocht een nieuw Domusorgel. Daarmee ben ik vol nieuw enthousiasme aan de slag gegaan. Ook heb ik weer een hernieuwde poging ondernomen om op orgelles te gaan. Ik besloot te proberen het notenschrift eigen te maken zodat ik wat verder met muziek zou kunnen komen. Dat heb ik een paar maanden volgehouden, maar ook nu werd het meer een straf dan een plezier, want ik moest helemaal terug naar de basis. ’t Was een lastige beslissing, maar uiteindelijk heb ik besloten om te stoppen met orgelles. Sinds enige tijd ben ik aangesteld als vaste organist in onze kerkelijke gemeente en dat motiveert enorm om achter het orgel te kruipen. Er gaat haast geen dag voorbij, dat ik niet achter het orgel te vinden ben.
Uiteindelijk heb ik toch besloten opnieuw op les te gaan en sinds April studeer ik hard bij Marco Nijland; Hij helpt me ontzettend goed met Klavarskribo en dat op het schitterende Naberorgel in de Hervormde kerk van Rumpt. Het is een beetje vreemd je eigen manier van spelen te omschrijven, dat kan de luisteraar eigenlijk het beste beoordelen, maar in het algemeen speel ik de rustige stukken en het liefst psalmen en gezangen. Natuurlijk is het bij een loflied schitterend ook eens het orgel “open te trekken”
Bron: http://www.keesverhoek.com